In de periode sept oktober 2011 heb ik veelvuldig met Cora Boxma-Heij, de kleindochter van Willem Schoutese gesproken. Dat resulteerde in een bezoek aan haar tante Tonnie, die al jaren gegevens over Willem Schoutese verzamelde. Er is dus veel materiaal dat om een selectie vraagt. Zonder de jarenlange inspanning van haar tante Tonnie zou de geschiedenis van Willem Schoutese wellicht nooit verteld zijn en had deze website waarschijnlijk niet bestaan. Na de ontdekking van Klaas Sixma, gevolgd door een artikel in het AD over Willem Schoutese ontstond de behoefte aan nader onderzoek naar oorlogsslachtoffers.
Hans Suijs
Willem Schoutese (1896-1942)
Willem Johannes Engelbartus Schoutese is op 15-07-1896 geboren te Ginniken en Bavel en op 03-08-1942 overleden in het concentratiekamp Dachau. Zijn beroep staat daarbij aangegeven als (handels-)reiziger. Hij had voor zijn vestiging in Gouda een zwervend bestaan gekend. Wat hij aan levensomstandigheden in die tijd had ervaren, bracht hem in de twintiger jaren van de twintigste eeuw tot het communisme.Hij was actief in de communistische partij in de provincies Groningen en Friesland.
De geschiedenis van de CPN begint in 1909 met een scheuring in de Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP), de voorloper van de huidige Partij van de Arbeid. De marxisten stapten uit de SDAP en gingen door als Sociaal-Democratische Partij (SDP). De Tribune werd het partijorgaan. In november 1918 werd de naam veranderd in Communistische Partij Holland (CPH), In 1935 werd de naam veranderd in Communistische Partij Nederland (CPN).
In 1928 kwam Willem Schoutese met zijn vrouw in Gouda wonen. Het adres is dan Herenstraat. Hij ging door met communistische activiteiten te ontplooien en kwam daardoor verschillende malen in aanvaringen met burgemeester Gaarlandt (burgemeester van 1927-1938)
In 1929 wordt een dochtertje geboren. Willem blijft zeer actief in de CPH. In 1932 raakt bij betrokken raak bij het oproer te Boskoop. Hij heeft voor de opstandige arbeiders een opzwepende toespraak gehouden. Bij het oproer raakte de Gouwenaar Johan de Jong als voorbijganger in het tumult terecht en kwam daarbij om het leven omdat hij zogenaamd in een sabel van een politieman was gelopen. Willem Schoutese werd voor zijn aandeel gearrresteerd en moest de cel in voor zijn betrokkenheid bij het oproer.
Het oproer
Communistische agitatie, demonstraties, vechtpartijen tussen werklozen en politie en een samenscholingsverbod; dat zijn in het kort de gebeurtenissen die het plattelandsdorp Boskoop gedurende enige dagen in 1932 de voorpagina’s van de landelijke dagbladen deden halen. Opmerkelijk, omdat de honderdduizenden werklozen, die Nederland tijdens de jaren dertig telde, zo rustig zijn gebleven en niet tegen hun ellendige situatie in opstand zijn gekomen. De conjunctuurgevoelige sierteelt had zwaar te lijden van de recessie en het aantal werklozen in Boskoop liep snel op. De maximale werklozenuitkering (60% van een norminkomen in de sector) was net genoeg om in leven te blijven. Door de instelling van een prestatieloon (waar men toen nog weinig ervaring mee had) daalde het uurloon van de afgesproken redelijke norm van 35 cent per uur naar beduidend minder dan een kwartje per uur. Zowel overheid als protesterende werklozen waren het eens dat het anders moest, maar de voorgestelde correcties kwamen te traag of werkten niet goed uit, waardoor de zaak escaleerde. De inmiddels op het toneel verschenen arbeidersvertegenwoordigers, veelal communisten, wilden een minimum garantie. Er kwamen meer protesterenden en meer politie, ook uit andere plaatsen. De overheid had zijn ordehandhavers echter niet geheel in de hand en zo kon op 8 juni 1932 een ware veldslag ontstaan. Daarbij viel zelfs een dode.
Vóór het treffen trad Willem Schoutese, die met een groot aantal communisten uit Gouda was opgeroepen, als een van de sprekers op om de arbeiders tot hardhandige actie te bewegen.
Op 8 juni om halfdrie werd in “Ons Huis” een biijeenkomst gehouden. De zaal en de tuin zaten stampvol. Wat de aanwezigen niet wisten was, dat zij werden afgeluisterd door twee veldwachters, die zich in een aan de tuin grenzende garage hadden opgesteld. Willem Schoutese gaf daar een lesje in straatvechten. “In Gouda gaat het zo: wij hebben daar een twintig man sterke ‘knokploeg’ , welke bij voorkomende gebeurtenissen, wanneer de politie van haar wapenen gebruik maakt, deze aan de politie moet ontwringen, waartoe de politie eerst dient te worden omsingeld en zo moet het ook in Boskoop gebeuren”. Men ging een te verwachten confrontatie met de politie dus niet uit de weg.
Vakbondsman Noest, ook hier aanwezig, probeerde de krijgshaftige stemming wat te temperen door te vertellen dat de vakorganisaties er toch maar voor hadden gezorgd dat de werkverschaffing tegen de oude lonen hervat zou worden, waarmee de aanleiding tot de demonstratie was weggenomen, maar daar had men geen oren naar. Actie was nu het parool.
De hiernavolgende gang naar het stadhuis en de aanbieding van een motie, werd gevolgd door een demontratieve aftocht. Toen greep de politie in en in het tumult viel een dode. Hoe? daar lopen de lezingen over uiteen. De werkloze De Jong uit Gouda was het slachtoffer. De sabel van veldwachter Van Buren uit Boskoop het wapen. De sabel hangt nog in het gemeentehuis in Boskoop.
Op vrijdag 10 juni werd B. Bunschoten, de voorzitter van het Comité voor Kleine Kwekers door maar liefst 6 politieagenten, 2 veldwachters en 4 marechaussees op zijn kwekerij gearresteerd, omdat uit getuigenverklaringen was gebleken dat hij had meegedaan aan de mishandeling van Van Buren. Hij werd overgebracht naar het Huis van Bewaring in Den Haag. De volgende dag zaterdag 11 juni onderging de Goudse communist Schoutese hetzelfde lot. Het toeval wilde dat hij zich juist in verband met een geval van vernieling op het politiebureau bevond toen een door Colijn verzonden verzoek om zijn aanhouding binnen kwam. Ondanks de zware beshuldigingen kwam Schoutese begin juli weer vrij op voorwaarde dat hij niet meer aan politieke demonstraties zou deelnemen. Dat bleek een onmogelijke opgave.
Voorspel van de Duitse bezetting
Als steun aan Willem Schoutese wordt hij op 28-12-1932 tijdens een bijeenkomst in Amsterdam gekozen in het erepresidium van de CPH, waarin ook Stalin, Molotov, Manuilski, Marty, Thaelmann toetraden. Hij zat toen opnieuw gevangen. In 1933 komt hij weer en komt op de kieslijst voor de CPH voor de verkiezingen van de Tweede Kamer, maar wordt niet gekozen.
Op 16-10-1934 komt de Nationaal Socialist Mussert in Gouda spreken in Kunstmin, naast de toenmalige Schouwburg. De luidsprekers hingen buiten in de bomen. Echtgenote en de twee dochtertjes van Willem Schoutese waren komen luisteren. Zij horen Willem de vergadering verstoren door op het podium klimmen en te protesteren.. De NSB-voorman hield in het toenmalige Kunstmin een speech en Schoutese was zo boos over de inhoud van dit betoog dat hij het podium betrad en zijn verontwaardiging niet onder stoelen of banken stak. Mussert zou hem toegebeten hebben: “Schoutese. wat ik hier in een uur opbouw, breek jij in vijf minuten af.”
De bezetting
Na de inval van de Duitsers op 10 mei 1940 en de daarop volgende capitulatie werd de partij door de bezetter verboden. De partij was echter al vóór de oorlog voorbereid op een eventuele vlucht in de illegaliteit. De activiteiten werden dan ook na korte tijd ondergronds voortgezet. Al op de dag van de capitulatie, 15 mei 1940, werd in een vergadering van het partijbestuur in het partijgebouw Parlando aan het Frederiksplein in Amsterdam besloten een illegale organisatie op te bouwen. Daarmee was de CPN de eerste verzetsorganisatie van Nederland.
De Vonk is ook de naam van verschillende illegale blaadjes tijdens de Tweede Wereldoorlog. De bijbehorende Nederlandse verzetsorganisatie wordt als De Vonk-groep aangeduid. Lenin gebruikte het woord VONK (ISKRA) al en leende het van Poesjkin (Poesjkin: De vlam zal oplaaien.)
Ook Willem Schoutese gaat illegale bladen verspreiden.
Vuile rol van de Haagse politie
Al vóór de oorlog werden er in Den Haag dossiers aangelegd van communisten. Daarbij werd gebruikt gemaakt van een infiltrant in communistische kringen. Communisten werden in die tijd als staatsgevaarlijk bestempeld. Toen de Duitsers Nederland binnenvielen werden echter in de meeste gemeenten belastende papieren van Nederkandse burgers vernietigd. Na de bezetting werkte de Haagse Politie, die onder burgemeester Monchy viel gewoon mee met de Duitsers in het bestrijden van communisten. De infiltrant kon gewoon doorgaan. Alle voor de oorlog verzamelde gegevens werden aan de Duitsers overgedragen.
Volgens geschiedschrijvers is deze periode een inktzwarte bladzijde uit onze politiegeschiedenis.
In november 1940 wordt de Haagse Politie Inlichtingendienst door de Duitsers omgevormd tot (Nederlandse) Documentatiedienst en ze benoemen Johan Gottlieb Crabbendam tot chef. Crabbendam krijgt zijn informatie over de communisten van de infiltrant en geeft die door aan de Duitse Sicherheitsdienst. Na de oorlog zal Crabbendam hiervoor door Louis Einthoven beloond worden met de benoeming tot hoofd van de sectie B (de uitvoerende dienst) van achtereenvolgens Bureau Nationale Veiligheid, Centrale Veiligheidsdienst en Binnenlandse Veiligheidsdienst.
Louis Enthoven was vóór de oorlog hoofdcommissaris van de Rotterdamse politie. Door zijn toedoen zijn in zijn dienstperiode te Rotterdam ca 1000 “overtollige chinezen” van de 3000 chinezen zonder vorm van proces het land uitgezet. Vanaf begin jaren dertig werkte Einthoven al samen met de Gestapo. Hij was echter niet pro-Duits en werd in mei 1942 door de Duitsers in Sint Michels-Gestel vastgezet.
De burgemeesters in de regio Den Haag hadden in 1941 de namen van de te arresteren (CPN-) personen moeten voordragen bij Johannes Eckhardt van de Documentatiedienst, die na de oorlog ook BVD-medewerker zou worden. Ook de gemeente Gouda heeft aan deze overdracht meegedaan.Daarbij werd de naam van Willem Schoutese doorgegeven.
De Vonk-groep in de regio Den Haag heeft hierdoor al in het begin van de oorlog ruim 200 mensenlevens verloren. Meer dan de helft daarvan kan toegeschreven worden aan de infiltraties van vóór en tijdens de oorlog. Van de overigen is een belangrijk deel om het leven gekomen ten gevolge de willens en wetens niet vernietigde vooroorlogse registraties van communisten, die door de Nederlandse overheid welwillend ter beschikking van de Sicherheitsdienst zijn gesteld.
De Laatste acties van een vrije Schoutese
Op 21-07-1940 wordt er al bij Schoutese huiszoeking gedaan.
Eind 1940 wordt een groep werklozen wordt naar Calais gezonden om te werken aan de kustverdediging. Het doel was om een brug naar Engeland te bouwen. Willem Schoutese hangt rode lappen in de heistelling om de plaats ervan te markeren. Werklozen hadden overigens wel de kans gekregen om te kiezen tussen werk in Duitsland of in Frankrijk. Wegens afkeer van Duitsland werd het voor Willem dus Frankrijk.
Met Kerst 1940 komt Willem terug naar Gouda en brengt voor zijn vrouw een trouwring mee en voor de drie dochters ieder een jurkje. Hij heeft zich in Gouda in het openbaar steeds gemanifesteerd als anti-Duitsgezind!’
Begin 1941 wordt hij te werk gesteld in Duinkerken om te bouwen aan de kustverdedigingswerken
Op 20-06-1941 kreeg de Goudse politiecommissaris C. Hess de vraag van Untersturmführer Kötter om informatie te verstrekken over mogelijke leden van de CPN in Gouda. Hij geeft een tweetal namen door van potentiële lastpakken. Dit zijn Willem Schoutese en Jan Krebaun van de Revolutionaire Socialistische Partij.
Houding van de Illegale CPN
In het eerste jaar van de oorlog was het beleid van de illegale CPN minder fel gekant tegen de Duitse bezetter dan tegen het “imperialistische Westen” inclusief het Huis van Oranje. In de juni-uitgave van 1940 van het maandblad Politiek en Cultuur werd zelfs opgeroepen tegenover de Duitse bezetter een “correcte houding” aan te nemen. Nog ruim vóór de Februaristaking in 1941 veranderde deze houding echter en versterkte zich nog verder na de Duitse aanval op Sovjetunie in juni 1941.
Op 21-06-1941 worden alle kranten van de Vonk worden verbrand om geen bewijzen achter te te laten. Op 22-06-1941 valt Duitsland Rusland binnen en op 24-06-1941 komen er telegrammen binnen vanuit Den Haag om de communisten in de gaten te houden. Men is bang voor demonstraties.
Begin van het einde
Op 25-06-1941 volgt een razzia (de “functionarisrazzia”) in West Nederland. In Gouda worden 31 personen opgepakt en naar Schoorl gezonden. Vandaar naar Amersfoort. Velen zijn wegens gebrek aan bewijs en (goed gedrag?) vrijgekomen. Niet Willem Schoutese. Hij had o.a. in Amersfoort op een tafel een toespraak gehouden die wervend voor de CPN en fel kritiserend tegen de heersende macht was. In aantekeningen van politiemensen komt het woord “agitator” verschillende malen voor.
Ook de prominente Haagse communist Louis de Visser is op 25-06-1941 naar Schoorl en daarna naar Neuengamme gezonden. (hij was o.a. voormalig lid van de Tweede Kamer)
Op 09-11-1941 ontvangt de familie van Schoutese een brief vanuit kamp Amersfoort:
Schutzhäftling W.J.G.
Schoutese
Block 2 No.: 68
Amersfoort, den 9 Nov. 1941
Lieve vrouw en kinderen,
Met dezen deel ik je mede als dat ik je brief ontvangen heb en van Corrie de ??. Ik lig. op het oogenblik in bed met de griep maar zal morgen of overmorgen weer aan den arbeid gaan dus daar behoef je niet ongerust over te maken.
Ik heb ook een brief van den directeur van de arbeidsbeurs gehad en volgens zijn schrijven is dat nog niet geregeld met dat geld maar je moet nog eens naar ?? gaan en zeggen dat hij er haast achter moet zetten want jij behoeft geen honger te lijden met je kinderen wanneer je nog circa f 600 te goed hebt. Ik was zeer blij met het bericht dat de kleine ?? zoo lekker groeit en is dat andere in orde gekomen. leuk hé ja men moet wel iets doen om het uit te houden want wanneer je geregeld zit te piekeren gaat je eraan, ook gij liefste ik wist het wel dat je je hoofd zou laten zakken, maar dan liefste denk aan onze kinderen. Ik heb een ?? voor je als ik thuis kom, daar zul je van op kijken, nu liefste gaat naar den directeur van de ?? en vraag hem een briefje voor ?? en zegt tegen ?? dat alles nog goed is maar dat hij meer aan jullie moet denken en er achter zitten dat er geld loskomt. Nu liefste de brief is haast weer vol en zoo doende moet ik weer eindigen. Dus kust de kinderen van mij en de kleine ?? en ontvangt zelf daarom de groeten en zoenen van mij,
Uw liefhebbende Man en Vader Willem
Op 23-11-1941 is hij zonder proces naar Neuengamme gezonden. Op 01-08-1942 volgt het vertrek per trein uit Neuengamme en op dezelfde dag aankomst in Dachau. Deze datum staat door het Rode Kruis foutief aangegeven op 01-05-1942. Uit andere bronnen en de registratiepapieren van Dachau blijkt dat 01-08-1942 de juiste datum is.
Duitse administratie
De Duitse administratie van Neuengamme is bij een brand verloren gegaan. Echter de gevangenen hielden hun eigen administratie bij en verstopte deze in het plafond tussen de balken. Hierdoor zijn er lijsten van gevangenen bewaard gebleven. Uit deze administratie blijkt dat op 01-08-1941 ongeveer 500 gevangen van Neuengamme naar Dachau zijn vervoerd.
Het einde
In Dachau is Willem Schoutese op 1-8-1942 ingeschreven als gevangene 32690. Zijn adres wordt weergegeven als Heerestraat 130 te Gouda. Twee dagen later is hij overleden aan longontsteking.
N.B. Volgens medewerkers van de gedenkstaette Dachau werd Longontsteking heel vaak als doodsoorzaak opgegeven, ook indien iemand een niet-natuurlijke dood was gestorven.
Epiloog
- De Goudse overlijdensakte is van 1944.
- Tijdens de oorlog heeft mevr. James, de echtgenote van de Goudse burgemeester, wel eens een mand met boodschappen (levensmiddelen) gebracht bij de familie Schoutese.
- Na de oorlog is contact geweest met Bram Burghoorn. Deze heeft mondeling de verzetsdaden (het hangen van wapperende zakdoeken o.i.d. in de heistellingen in Frankrijk bevestigd.
- In brieven van de Sociale Dienst, afgeleid van de D.B.V.O. (DistrictsBureau Verzorging Oorlogsslachtoffers, later overgegaan in de gemeentelijke sociale diensten. De brieven zijn van 3-9-1946 en 3-10-1947) te Leiden komt zijn naam voor. Deze lijst bevat de namen van omgekomen In Duitsland tewerk gestelde Gouwenaren. Achter de naam Schoutese staat als toevoeging “Politieke Gevangene”. Dit is een algemene aanduiding van mensen die verdacht waren van verzet te hebben gepleegd of mensen die potentiële verzetsmensen waren.
- Zijn naam is vermeld in het Gedenkboek van de Oorlogsgravenstichting (OGS) in band 35. Niet te verwarren met de erelijst van het NIOD dat in boekvorm bij de ingang van de tweede kamer ligt. Van de ruim 180.000 Nederlandse oorlogsslachtoffers die bij de Oorlogsgravenstichting geregistreerd zijn, hebben ongeveer 50.000 slachtoffers een aanwijsbaar graf. Van ruim 130.000 omgekomen landgenoten is geen graf bekend. De meeste werden verast in de crematoria van Duitse vernietigingskampen, anderen vonden een zeemansgraf of staan als vermist te boek. Hun namen zijn opgetekend in de Gedenkboekenvan de Oorlogsgravenstichting.
Opgesteld door:
Hans Suijs
Archivalia
- AD Groene Hart d.d. 24-08-2011
- Slachtofferregister van de Oorlogsgravenstichting
- Vele gesprekken met zijn kleindochter Cora Boxma-Heij.
- Een uitvoerig gesprek met haar tante.
- Vele aantekeningen uit de door deze tante verzamelde documenten.
- Archief secretariaat Burgemeester James SAHM Gouda Ac 520 inv. nr. 7660 Secretarie-archief 1946-1975 (Map: Gedenkcomité) data 3-9-1946 en 3-10-1946
- Rudy Harthoorn, Vuile oorlog in Den Haag, Bestrijding van het communistisch verzet tijdesn de Duitse bezetting. Uitg van Gruting 2011
- Briefwisseling met ‘archiv gedenkstaette Dachau’ (30-09-2011 en
- Internet Blog ‘Bij Gouda rechtsaf’ d.d. 11-08-2011
- Internet: Vele Wikipedia aantekeningen over o.a. CPH, CPN, de Vonkgroep en het oproer van Boskoop in 1932.
- Internet: redactie@leidschrift.nl over werklozenoproer Boskoop.
- En vele andere internet raadplegingen
Het levensverhaal van Willem Schoutese is nog steeds in bewerking en schrijver stelt nadere gegevens zeer op prijs
Op dit punt is ook een verwijzing naar Bij Gouda Rechtsaf een terechte. Pieter Stroop was een van de eersten die over Willem Schoutese publiceerde.